De
heer Franke Remerie was één van de insprekers tijdens de
commissievergadering over het Bomenbeleidsplan Bronckhorst op 14
maart.
Hierbij
zijn vlammend betoog, dat elke gemeente zich ter harte zou moeten
nemen!
Reactie op nota “Raamwerk voor een rijk landschap, Bomenbeleidsplan”
Voorzitter,
dames en heren, de titel "Raamwerk voor een rijk landschap is
m.i. onzin". Deze titel dekt bij lange na de lading niet.
Waar deze nota wel over gaat is de vraag hoe je
voorkomt dat je de verkeerde boom omzaagt, als je minder bomen wil
onderhouden. Niks meer en niks minder. Daar is op zich niets mis
mee, ware het niet dat we het hier niet over simpel inwisselbare
lantaarnpalen hebben, maar over levende organismen, die voedsel zijn
of bieden aan heel veel andere organismen. Of een schuilplaats of een
nestgelegenheid.
Iemand
die niet verder weet te komen dan de boom te zien als bepalend
landschapselement, boomstructuren en basisbomen heeft er
naar mijn idee niet veel van begrepen. Het zal die tor die voor z’n
voedsel afhankelijk is van een bepaalde boom namelijk een worst zijn
of zijn boom een bepalend landschapselement is of een basisboom of
dat zijn boom past binnen de vastgestelde boomstructuren. Maar het is
dan ook bedacht door “de mens”. De mens die zichzelf in het
centrum van het universum heeft geplaatst, die zichzelf ver verheven
vindt boven alle andere levende organismen, maar vervolgens
ook niet meer begrijpt hoe onze ecosystemen, waar
wij trouwens voor ons leven ook van afhankelijk zijn, in elkaar
zitten. Het is helaas niet uniek, maar typerend voor de huidige
tijdgeest.
Dames
en heren, er zijn op deze aarde zo’n 1,3 miljoen verschillende
levende organismen. Daar is de mens er slechts 1 van. Van die 1.3
miljoen komen er zo’n 35.000 in Nederland voor. Ik denk dat de
gemiddelde Nederlander er misschien 200 weet te benoemen. Als ik u
dan ook nog vertel dat alleen al op onze huid zo’n 1000
verschillende bacteriën leven, dan begrijpt u hoe ingewikkeld onze
ecosystemen in elkaar zitten. En dat je dus ook verdomd goed moet
nadenken hoe je daar in beheerzin mee omgaat. Helaas zijn we daar
niet goed in. De afgelopen 30 jaar hebben we het als mens voor elkaar
gekregen een groot deel van onze vitale biodiversiteit om zeep te
helpen. En dat zou eigenlijk het belangrijkste issue
moeten zijn van de landelijke politiek. In plaats daarvan hebben we
over het Wilhelmus of moeten we kijken naar lijsttrekkers die een
wedstrijdje doen wie het verst kan plassen.
Als je het dan hebt
over de nota Raamwerk voor een rijk landschap, dan zie je dat er maar
1 weg bewandeld is. Namelijk de makkelijkste: “we hebben minder
geld, dus we kunnen minder doen”. Nu hebben zich een hele trits
mensen zich hier tegenaan bemoeid. Wat ik dan niet begrijp is waarom
de 2 externe adviseurs hun naam verbonden hebben aan deze nota. Waar
zijn de alternatieve benaderingen gebleven? De andere scenario’s?
Waarom is het plan niet aangelegd tegen wat er landelijk aan de hand
is. Bijvoorbeeld het recent verschenen Actieplan bos (oktober
2016). Breed uitgemeten in de landelijke media. Notabene een
initiatief van het ministerie van Economische zaken in samenwerking
met Staatsbosbeheer, stichting Natuur & Milieu, Universiteit
Wageningen en nog een groot aantal andere instanties.
Als
je het dan hebt over de nota Raamwerk voor een rijk landschap, dan
zie je dat er maar 1 weg bewandeld is. Namelijk de makkelijkste: “we
hebben minder geld, dus we kunnen minder doen”. Nu hebben
zich een hele trits mensen zich hier tegenaan bemoeid. Wat ik dan
niet begrijp is waarom de 2 externe adviseurs hun naam verbonden
hebben aan deze nota. Waar zijn de alternatieve benaderingen
gebleven? De andere scenario’s? Waarom is het plan niet aangelegd
tegen wat er landelijk aan de hand is. Bijvoorbeeld het recent
verschenen Actieplan bos (oktober 2016). Breed uitgemeten
in de landelijke media. Notabene een initiatief van het ministerie
van Economische zaken in samenwerking met Staatsbosbeheer, stichting
Natuur & Milieu, Universiteit Wageningen en nog een groot aantal
andere instanties.
Samengevat
komt het plan er op neer dat het zeer wenselijk zou zijn in de
periode 2020-2050 maar liefst 100.000 ha extra bos aan te planten,
waarvan 10.000 ha in de Achterhoek. Als we dat omrekenen naar de
oppervlakte van de gemeente Bronckhorst zou dat betekenen dat vanaf
2020 er jaarlijks zo’n 66 ha bos in Bronckhorst erbij zou moeten
komen. Zeg 66.000 bomen. Hoe verzin je het dan met deze beleidsnota
te komen? Die mijnheer uit politiek Den Haag die steeds “minder,
minder” roept had het dus echt niet over bomen.
Voorzitter
ik heb een 10-tal aanbevelingen, waarvan ik hoop dat de raad die wil
overnemen. In willekeurige volgorde:
-
Begin met een fundamentele discussie over biodiversiteit en hoe de bomen in Bronckhorst dat kunnen helpen versterken. Zolang je dat niet hebt gedaan, moet je niet gaan zagen. Noot: hou iedereen die het leuk vindt om met een maaimachine of een kettingzaag te werken buiten die discussie. Want dat is juist een van de dingen waar we zoveel als mogelijk vandaan moeten blijven. Onze natuur is het meest geholpen als we er zoveel mogelijk met onze vingers van afblijven. Die lagere kosten zou dus mogelijk moeten zijn.
-
Laat alle beheerders en beleidsambtenaren (en de wethouder en raadsleden) eens door een microscoop naar een blad van een wilg kijken. Je zal dan een hele trits aan verschillend leven zien. Volgens de wetenschappers zijn zo’n 450 soorten insecten en mijten voor hun voedsel afhankelijk van de wilg. Als je dan gekeken hebt en al dat diverse leven ziet, dan begrijp je in 1 keer dat een boom van 80 jaar een hele andere waarde heeft voor onze natuur heeft dan een boom van 5. En dan begrijp je ook dat je niet zomaar een boom van 80 jaar moet omzagen, omdat hij zo onderhoudsgevoelig is. En hem vervangt voor een jong boompje.
-
Besef dat het niet gaat om vitale bomen (waar de nota het steeds over heeft), maar om vitale ecosystemen. En een vitaal ecosysteem is een mix van jong groeiend, volwassen gezond, volwassen afstervend en dode bomen. Die mix ondersteunt de biodiversiteit. Het is dan ook een grote tekortkoming van de nota dat het alleen maar over gezonde bomen gaat, waar juist afstervende en dode bomen uitermate waardevol zijn voor een ecosysteem
-
Laat het onderscheid tussen hoofdhout en overig hout los (zie bijlage 1). We hebben belang bij diversiteit en niet aan rigide kijken of een boom ergens wel thuishoort. Een mooi voorbeeld is dat bij het op zich mooie knotelzenproject in de Meuhoek een 100 jaar oude eik gezaagd is, omdat hij niet paste binnen de rij knotelzen. Hoe dom kun je zijn?
-
Laat los dat je alles zo nodig zelf moet beheren. Houtsingels, hagen, laanbeplantingen zijn prima te adopteren door buurten. Sponsor vervolgens de BBQ na afloop, geef een lezing door een bioloog en participatie en kostenbesparing gaan hand in hand
-
Betrek burgers bij de beoordeling van kapvergunningen. Scheelt kosten en vergroot de burgerparticipatie
-
Denk eens aan voedselbossen bij nieuwe aanplant.
-
Voer niet al het snoei- en zaaghout af. Dood hout is waardevol voedsel voor heel veel leven en als broodnodige schuilplaats. Laat je niet leiden door de druk vanuit de biomassacentrales. Daar is ons hout veel te waardevol voor.
-
Maak beleid voor het afvoeren van hout: zware machines brengen enorme schade toe aan het leven in de ondergrond. Denk bijvoorbeeld aan paddenstoelen. Onderzoek heeft uitgewezen dat herstel 18-40 jaar kost. Dat is het niet waard!
-
Samenvattend: vraag de wethouder z’n huiswerk over te doen.
Franke
Remerie
eigenaar
landgoed Vlaswinkel (Meuhoek)