maandag 19 augustus 2019

Reactie op Kamerbrief Minister Schouten: "Ontwikkeling van een Bossenstrategie".

N.a.v. de aanhoudende discussie over het bossenbeleid in ons land heeft, zoals bekend, minister Schouten van LNV een brief aan de Tweede Kamer geschreven m.b.t. een Bossenstrategie: 
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2019/05/20/kamerbrief-over-ontwikkeling-van-een-bossenstrategie

Ondergetekenden schreven hierop een reactie aan de Minister, met een begeleidende brief:
https://bomenachterhoek.blogspot.com/2019/08/reactie-op-bossenstrategie-minister.html


Reactie op de Kamerbrief van de Minister d.d. 20 mei jl. betr: Ontwikkeling van een Bossenstrategie; (uw kenmerk DGNGLV-SK/19098021).


Voor de duidelijkheid zullen we hierbij de alinea’s van de Minister van commentaar met toelichting voorzien.

De Minister begrijpt dat er vragen worden opgeroepen bij enerzijds kappen en anderzijds pleiten voor aanplant van meer bos.
Het is een controverse die niet te onderbouwen valt. De grootschalige bomenkap (die er wel degelijk is) is een feit en de gevolgen daarvan zijn in het hier en nu en voor een toekomst zonder bos. Over nieuwe aanplant wordt al jaren gesproken, maar deze wordt niet (in voldoende mate) gerealiseerd. Bovendien moeten er vanuit het klimaatakkoord méér bomen bij.
Compensatie in natuurgebieden ligt hier dus meer voor de hand.
En zeker geen kaalkap in deze gebieden!

De Minister zegt: dat “er meestal geen spanning zit tussen het nastreven van Natura 2000 doelen en de klimaatdoelen”Dat dit alleen plaatsvindt bij bosomvorming naar andere natuur”.
Wij trekken dit in twijfel. Wanneer productie en oogst van hout ook wordt gezien als bijdrage aan de klimaatdoelen kan hier wel degelijk sprake zijn van spanning met Natura 2000 (e.g. houtsoortenkeuzen; beheersregime van dunning en omloop en manier van verjonging.) De spanning blijft niet beperkt tot omvorming van bos alleen.
Een overzicht van hoezeer er in ons land is ontbost en hoezeer het niet goed gaat sinds 2000 tot 2017 wordt hier aangetoond:
TREE COVER LOSS IN NETHERLANDS:
From 2001 to 2017, Netherlands lost 21.0 kha of tree cover, equivalent to a 3.5% decrease since2000. https://tinyurl.com/y4jybjc7


In plaats van deze houtwal "af te zetten" werd deze door SBB geheel gesloopt 


De Minister stelt vervolgens: “Mijn bossenstrategie moet helpen om in deze gevallen een zorgvuldige afweging te maken”.
Dit vereist nog nadere toelichting van de Minister m.b.t. de huidige situatie en hoe zij, als verantwoordelijke voor wetgeving, wil dat het moet worden vormgegeven.

De Minister “wil graag samenwerken om tot een strategie te komen met alle relevante partners”.
Hier zouden wij de Minister graag willen voorstellen ook een afvaardiging van de vele bomen- en natuurorganisaties en deskundigen die ons land rijk is te raadplegen en te laten participeren. Het gaat hier niet om actiegroepen, maar om vele organisaties en deskundigen die met elkaar in contact staan en veel ervaring hebben opgedaan in de praktijk.

De Minister kondigt aan dat: “het voornemen is om de bosvisie, die de provincies hebben aangekondigd bij de klimaattafel, aan te laten sluiten bij mijn bossenstrategie.”
Wij vragen ons af of deze bosvisie aansluit bij de internationale verplichting tot bosbehoud? We vinden het te prijzen dat de Minister in de bossenstrategie wil verwoorden hoe zij wenst om te gaan met de keuzes en dilemma’s bij het natuur-en bosbeheer.

De Minister wil het belang van bossen in het kader van klimaatbeleid beschrijven.
Welke instrumenten wil de Minister hierbij aanwenden? ( zoals budget, wetten, regels?)
Het belang van bossen in het kader van klimaatbeleid is al door vele wetenschappers beschreven, nationaal en internationaal.
Vraag is: in hoeverre worden deze door de Minister onderschreven?

De Minister besteedt aandacht aan het behouden van CO2-voorraden door het tegengaan van ontbossing, het vastleggen van CO2 door de aanleg van nieuwe bossen en het verhogen van de weerstand van bossen tegen klimaatverandering.
Verhogen van de weerstand van bossen gebeurt automatisch wanneer bossen gewoon bossen kunnen zijn. Bossen, vooral aaneengesloten, zijn de beste buffer tegen klimaatveranderingen. Bos, vooral oud structuurrijk en soortenrijk bos, vormt een uitstekende buffer tegen koolstofdioxide, bomen zetten CO2 om in zuurstof, zijn fijnstoffilters, matigen de temperatuur, vangen wind, houden water vast en bos creëert pas in volwassen stadium een goede kwaliteit bosbodem, geschikt voor structuurrijk bos waar de bosbes bijvoorbeeld groeit.

De omvorming van bos zonder herplant van goed materiaal heeft ervoor gezorgd dat wij te weinig hout van goede kwaliteit hebben voor de toekomst. Ook heeft het huidige bosbeheer nadelige gevolgen voor de bosbodem, met vergrassing tot gevolg- terwijl deze bosbodem + 120 jaar nodig heeft om een goed humusprofiel te vormen. Het vraagt veel kennis om goed bosbeheer te realiseren. Pas dan kan er een buffer gevormd worden tegen klimaatverandering.

De Minister zegt “dat ze al aan de slag is/gaat bij het uitwerken van het ontwerp-Klimaatakkoord, in samenwerking met provincies en terreinbeheerders”.

Wij vragen ons af of daarbij rekening wordt gehouden met het volgende:
  • Voor behoud van de CO2 voorraad is tegengaan van ontbossing, met name van oude aaneengesloten bossen, het meest effectieve recept.
  • Aanleg van nieuwe bossen bij kap is, als compensatie, vooraf verplicht. De aanleg van nieuwe bossen biedt overigens pas over minimaal 80 jaar dezelfde CO2 opvang als het huidige – aaneengesloten- bos, maar door het “overschot” aan CO2 zal het daadwerkelijk veel langer duren voordat er van een evenwicht sprake kan zijn.
  • In het Ontwerpklimaatakkoord is overigens veel te weinig compensatiebos opgenomen: wij citeren:“ Publieke en private terreinbeheerders verkennen samen met provincies actief de mogelijkheden voor nieuw bos binnen hun beheergebieden. Gedacht wordt aan een pakket aan extra bos van 6000 ha.
BOS omvorming:
Er valt niet uit te sluiten, gezien de zich opstapelende bewijzen, dat Nederlandse bossen in de biomassacentrales verdwijnen. België geeft toe dat er voor haar centrales houtige biomassa uit Nederland komt. Op het begeleidende filmpje zijn hele boomstammen te zien waarmee wordt aangetoond dat zeker niet alleen afvalhout, en tak- en tophout uit onze bossen wordt verbrand!
Zie: Ecopower cvba bedrijfsvideo, 26 januari 2017: https://youtu.be/Fet2zceG9VI
Op deze bedrijfsvideo van de Bio-energiecentrale in Cuijk , d.d. 18 dec 2015(!):
kunt u tevens de enorme stapels boomstammen zien liggen:
https://www.youtube.com/watch?v=38nw09mDyss&feature=youtu.be&t=53



De Borkeld: 10 jaar na "Bosomvorming" door SBB.
Moest heide worden.. 

NOOT: Volgens de Algemene Rekenkamer keert de RVO na 2018 per jaar gemiddeld 1 miljard euro subsidie – SDE+ uit voor tot biomassa gedegradeerde bossen. Dit wordt toegekend per hoeveelheid opgewekte hoeveelheid energie, dus aan houtstokers in bedrijf.

Daarmee komt omvorming van bos naar “nieuwe natuur” ons inziens op zijn minst in een dubieus daglicht te staan. Het lijkt zeer sterk op een excuus om bos te kappen voor biomassa, onder de noemer “natuurherstel”, waarbij ook nog eens subsidie wordt ontvangen. Dit alles staat haaks op het akkoord van Parijs.
Er bestaat noch in dat akkoord, noch in het IPCC onderzoek, een hoofdstuk “Forestland converted to land “.
Wij willen benadrukken dat er is geen enkel Europees voorschrift bestaat dat zegt dat er bos moet worden gekapt!
Dit blijkt ook onder meer uit het EASAC- rapport: “Biodiversiteit verhoogt de productiviteit en weerstand tegen klimaatverandering”. Europa is vanwege internationale afspraken verplicht om bedreigde diersoorten te beschermen. Het bos speelt hierbij een cruciale rol. Behoud van oud aaneengesloten bos is essentieel.”(1)

De Minister zegt: “Ten derde wil ik in de bossenstrategie het belang van bossen in het kader van internationale biodiversiteit benoemen.
Daarbij is het wereldwijd beschermen van bossen en het verminderen van de druk op het resterende bosareaal van belang, bijvoorbeeld door een efficiëntere landbouw –“
Met het eerste zijn wij het meer dan eens. Het is echter hiermee nog niet duidelijk op welke wijze de minister hier het beschermen van bossen en bosaanplant in verband wil brengen brengt met efficiëntere landbouw.

Een ander belangrijk element is het wereldwijd bevorderen van duurzaam bosbeheer”
Duurzaam bosbeheer betekent: duurzaam beheer en dus duurzame instandhouding van bos. Wereldwijd bevorderen van duurzaam bosbeheer is uiteraard belangrijk maar lost helaas het Nederlandse probleem niet op. Nederland ontbost sneller dan het Amazone gebied, ondanks ontkenning door o.a. SBB en ook door de minister. Maar Nederland bezit niet zoveel bos als het Amazone gebied en daarmee is ons bos sneller “op”.

Daarbij het volgende: Tevens is er geen enkele Europese wet die voorschrijft dat nationale specifieke Natura 2000 doelstellingen “moesten” en “moeten” worden “doorgedrukt” ten koste van reeds bestaande natuur en met name bossen.
Dat staat echter zo niet in de Vogelrichtlijn/Habitatrichtlijn. (Hierna VHR).
Deze gaat uit van behoud en bescherming van bestaande natuur en de aanwezige soorten en habitats van soorten die kwalificeren op het Standaard Gegevens Formulier 2004 -, en dit per gebied.
Nationale natuurdoelen mogen NOOIT de te beschermen habitats van soorten vernietigen, (maar dit is op grond van de Nederlandse Implementatie d.m.v. “landelijke doelen” gedeeld door gebieden in 2006 wel mogelijk). (2)
Ook landelijk zijn vogels ex art. 3 Vogelrichtlijn en soorten ex artikel 12-16 Hr strikt beschermd, en zijn gebieden aangewezen voor kwalificerende soorten ex Vogelrichtlijn art 4 lid 1 en 2,4 eveneens. Nederland is nog in 2005 veroordeeld wegens het niet/onvoldoende implementeren van deze richtlijnverplichtingen ( Zaak C-441/03)
In de Boswet geldend tot 1-1-2017 stond een artikel dat SBB vrijstelde van herplantplicht als er "andere natuur" wordt gerealiseerd. Zo'n vrijstelling geldt voor niet één enkele andere bosbezitter, maar dat heeft SBB in 2000 ten tijde van de verzelfstandiging "geregeld".
Dat is nu in de nieuwe Wet Natuurbescherming voor alle natuurbeheerders het geval, met desastreuze gevolgen voor het bosareaal. Dit staat tevens in schril contrast tot de plicht tot duurzaam bosbeheer: instandhouding bos. (Zie idem ook de verplichtingen van de Vogel- en Habitatrichtlijn. En daarmee het behoud van biodiversiteit!)

Compensatie van de verloren gegane bossen in Nederland MOET daarom als gevolg hiervan plaatsvinden IN de natuurgebieden:
Volgens de Minister “bekostigd ‘bijvoorbeeld door inzet van groene financieringsinstrumenten (publiek en privaat).”
Het is niet juist dat het publiek, die bossen het hoogst waardeert, moet opdraaien voor de kosten van herplant terwijl SBB deze kapstrategie heeft ontwikkeld om eigen inkomsten te genereren.

……En, zegt de Minister: “Het verkleinen van de ecologische voetafdruk in de wereld is van belang, zoals door onze inzet op het gebied van import en verbruik van hout en agrarische grondstoffen zoals palmolie, cacao en soja….’”

Wat de Minister hiermee precies bedoelt is niet geheel duidelijk.
Stelt de Minister hiermee het verbruik van hout op één lijn met (tropische) ontbossers als palmolie, cacao en soja?
Hoe ziet de Minister bijvoorbeeld de nuttige klimaateffecten van het verbruik van hout- in de bouw?
Tot deze opsomming van de Minister zou dan bijvoorbeeld ook behoren: het gebruik van hele bossen wereldwijd voor biomassa voor productie van “groene energie”. Of het plaatsmaken van bos voor andere natuur.

De Minister: “Tenslotte komt in de bossenstrategie ook het bevorderen van de duurzame houtketen aan de orde; zowel bij import als bij binnenlands geproduceerd hout. Ik streef ernaar de bossenstrategie voor het einde van dit jaar aan uw Kamer aan te bieden”.
Wat verstaat de Minister onder een duurzame houtketen? Voor wat betreft FSC: zie s.v.p. verder in dit document wat dit keurmerk precies inhoudt.

Reactie op burgerbrieven
In de beide door uw vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit ontvangen burgerbrieven wordt gevraagd waarom zoveel bos wordt gekapt, terwijl bos een bijdrage levert aan de vermindering van de CO2-uitstoot, zuurstof genereert, fijnstof opvangt en ook andere belangrijke functies kent, zoals recreatie. Zij vinden dat meer bos moet worden aangeplant.

Uit deze brieven spreekt dezelfde zorg en emotie die wij aan het begin van brief benoemden en die wij goed begrijpen . Er zijn veel verschillende redenen waarom bomen worden gekapt. Soms is het onderdeel van regulier bosbeheer; dan wordt er gekapt om nieuw bos juist de ruimte te bieden. Soms wordt er gekapt vanwege de veiligheid; bijvoorbeeld als wanneer essen die zijn aangetast door de essentaksterfte in de nabijheid van wegen en paden dreigen om te vallen. Ook is er de afgelopen jaren relatief veel bos gekapt door het aflopen van subsidieregelingen voor tijdelijk, snelgroeiend (populieren)bos op landbouwgrond. “

Er worden vele argumenten naar voren gebracht die het kappen plausibel maken. Maar er zijn voorbeelden genoeg in den lande dat d.mv. particuliere initiatieven een onafhankelijke ecoloog werd ingeschakeld die bomen volkomen gezond verklaarden. Dit soort zaken hebben het vertrouwen in overheid en haar natuurbeheerders ernstig geschaad. Wij begrijpen heel goed dat er soms door ziekte gekapt moet worden of vanuit veiligheidsgronden.
Maar dit soort niet zelden oneigenlijk gebruikte argumenten leidt af van waar het werkelijk om gaat en dat is de grootschalige, onnodige bomenkap in Nederland.

Dit is o.a. na te gaan via de vele meldingen die worden gedaan op het Landelijk Meldpunt Bomenkap: https://www.bomenkapmeldpunt.nl
(Van 1 januari tot 11 augustus jl. had dit Meldpunt 36.621 bezoekers waarvan 31.650 uniek).
Als, zoals de minister schrijft, “er veel bos gekapt is door het aflopen van subsidie op snelgroeiend bos op landbouwgrond”, dan begrijpen wij niet waarom er dan in desastreus tempo in, voorheen Nationale Natuur-monumenten en Nationale Parken, gekapt moet worden. Want zo gaan hele bossen gaan er aan, samen met hun aanwezige, hoge biodiversiteit!
Hierbij staat echter niet vermeld hoeveel bos er in de bosgebieden in Nederland is gekapt sinds 1990.
(Zie voor het verlies aan bos tussen 2001 en 2017 pagina 1 s.v.p.).


Afbeelding
Nog slechts een "klein deel" van het te kappen Schoorlse Bos.

De Minister zegt: “Het is niet zo dat in Nederland lukraak bos kan worden gekapt”.
Helaas is dit echter wel het geval en dat is juist wat de hele situatie zo ernstig maakt en er voor heeft gezorgd dat de bomenkap wel degelijk zulke ernstige vormen heeft kunnen aannemen.
Nog ernstiger vinden wij het dat de minister dit ontkent. Alle burgers, alle documentaires, alle verontrustende brieven van wetenschappers en instituten (KNAW) zouden het derhalve allemaal fout hebben?
De Tweede Kamer maakte zich al in 2007 druk over de kapwoede van SBB: over grootschalig kappen in het broedseizoen door SBB- dit ondanks de Gedragscode: zie: https://www.avih.nl/pdf/31200XIV234.pdf

De natuurbeheerders worden wel degelijk in staat gesteld meer hout te oogsten.
SBB streeft al jaren naar verdubbeling van de houtoogst tot 80% van de bijgroei. En dat is ontbossing. (Zeker gezien het feit dat de compensatie herplant ernstig achterloopt). Er zijn perverse sibsidieprikkels van zowel het nationaal Groenfonds als het Energieakkoord om dat te doen.


Binnen de bebouwde kom, zoals bedoeld in de Wet Natuurbescherming, hebben gemeenten hun eigen kapbeleid. Daarbuiten geldt de Wet Natuurbescherming, het onderdeel “Houtopstanden”. Deze wetgeving is er juist op gericht de hoeveelheid bos in stand te houden. Uitgangspunten daarbij zijn de meldingsplicht en de herplantplicht. “
Dat zou op deze wijze inderdaad moeten werken, ware het niet dat er talloze ontheffingen van kap- en meldplicht bestaan, dit geldt ook voor de verplichtingen tot herplant. Derhalve biedt de gehele verplichting tot instandhouding helaas veel te veel ruimte om naar eigen dunken te kunnen handelen.

Indien bos wordt omgevormd naar andere vormen van natuur, zoals heide en stuifzand, ten behoeve van het bereiken van Natura 2000-doelstellingen, geldt op grond van de Wet natuurbescherming geen meldings- en herplantplicht. Het gaat hierbij om bijzondere natuurwaarden, waaraan Nederland zich in EU-verband heeft verbonden. “

Doordat Nederland nationale doelen bovenop die van Natura 2000 heeft gelegd, -de natte en schrale doelen van de EHS (NNN), gaan veel bijzondere natuurwaarden mèt unieke biodiversiteit -verloren.
Nogmaals: Europese richtlijnen verplichten niet tot boskap.
En dat is nou juist ons probleem. Helaas wordt hier van tafel geschoven dat die openingen in de nationale wetgeving en in het landelijk beleid het probleem vormen. En dan zijn er nog de bewuste nationale natuurwaarden waaraan Nederland zichzelf heeft verbonden.
Het is dus van groot belang dat wordt onderzocht èn erkend dat het de eigen EHS doelen zijn die oorzaak zijn van de bomenkap. Dat het m.a.w. de nationale doelen zijn die bovenop N2000 verplichtingen zijn geplaatst. De EHS (NNN) is sinds 1990 in Nederland vigerend. Duidelijk is te zien op pagina 1 en 2 in welke mate dit beleid aan ontbossing heeft bijgedragen.

De Wet Natuurbescherming geldt sinds 01 01 2017, maar gemeenten hebben hun eigen kapbeleid.
Er is meldingsplicht en herplantplicht, maar deze is niet van toepassing als je kapt voor “andere natuur”. De Minister schrijft ook, dat: “indien voor het bereiken van N2000 doelstellingen wordt gekapt, geen meldingsplicht bestaat”. Het resultaat: “Het bos is de klos”..

De Minister: “Provincies hebben mij laten weten dat zij een inventarisatie uitvoeren naar de hoeveelheid bos die in de huidige plannen voor Natura 2000 en het Programma Aanpak Stikstof (PAS) worden omgevormd naar andere natuur”

Betreft dit dan een passende beoordeling achteraf?(3)
Een nulmeting is er al, want dat is het Standaard Data Formulier 2004.
Overigens moet dit o.i. ook bekend zijn in de Aanwijzingsbesluiten en de Beheerplannen. Veel is ook terug te vinden in de EHS plannen.

Sinds omstreeks 1990 moest bos wijken: voor landelijk beleid, de Ecologische Hoofdstructuur, ten behoeve van ontwikkeling van voedselarme natuurdoeltypen: vennen, slenken, heide stuifzand hoogveen en moerassen.
In een Overlegorgaan, bestaande uit alle bevoegde gezagen en natuurbeheerders, zijn vergaande beslissingen genomen wat betreft ruimtelijke herinrichting, vernatting, bosomvorming, slenken, vervolgens zijn zonder MER en passende beoordeling vooraf EHS/Natura2000 gebieden heringericht.
Ook voor naaldbossen braken slechte tijden aan bij natuur -en bosbeheerders. Het idee-fixe dat helaas wijd verbreid is, dat bossen van exotenper definitie geen natuurwaarden bevatten en dat inheemse soorten altijd waardevoller zijn, berust op onkunde en persoonlijke voorkeuren. Bij het omvormen van de naaldbossen worden veel natuurwaarden ongezien en ongekend vernietigd. Als men groot belang hecht aan soortenaantallen, dan mag gezegd dat gelijksoortig bos weinig toevoegt aan biodiversiteit, terwijl een afwisseling van verschillende bostypen dat wel doet.

Daarbij kreeg Staatsbosbeheer zoals aangegeven sinds 2000 ontheffing van de Meld- en Herplantplicht van de Boswet. Ook zijn bossen, aangewezen Vogelrichtlijngebieden, gekapt of grof gedund onder het toeziend oog van de Overheid. Wij achten ook PAS maatregelen, met name die waaraan bossen ten prooi vallen, uitermate ongewenst, zeker nu de PAS “de pas is afgesneden” door de Raad van State.(4) 
Het is namelijk nog maar de vraag of hierdoor ook geen verdere schade wordt berokkend aan de kwalificerende elementen. (Zie voor de resultaten hiervan sinds 2000: overzicht op pagina 1 en 2).

De Minister zegt: “Mede in het kader van de voorgenomen bossenstrategie wil ik in gesprek gaan met provincies en terreinbeheerders over de vraag of er ruimte is om binnen de bestaande afspraken minder bomen te kappen.”

Deze bestaande afspraken zijn ernstig in strijd met de internationale verplichting bossen in stand te houden, i.e. “duurzaam bosbeheer”.
Derhalve dienen de afspraken te wijken voor deze verplichting.
Dus de provincies moeten laten herplanten en met name in de bestaande natuurgebieden waar op zeer schadelijke wijze is huisgehouden door grove dunning en kap ten behoeve van helaas ook nog mislukte wensnatuur. Het herplanten mag niet uitsluitend plaatsvinden bij de buurman.
Door deze vragen aan de terreinbeheerders voor te leggen, zal het - zoals ervaring heeft geleerd- voor de hand liggen dat er antwoorden verkregen zullen worden die sterk neigen naar het eigen belang. Pas wanneer er objectieve gerenommeerde bosbouwers, landschapsecologen, geologen, mycologen, biologen, die geen verstrengeling met Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten e.d. organisaties hebben, bij dit overleg aanwezig zullen zijn, pas dan kan er een visie resulteren die op draagvlak van de bevolking kan rekenen.

De Minister vervolgt: “Zo ja, dan moeten de mogelijke consequenties hiervan wel goed in beeld worden gebracht.”
Welke afspraken zijn er op dit moment van toepassing om bomen te kappen? Doelt de Minister hier op de eventuele vermindering van inkomsten?

De Minister: “De oproep in de burgerbrieven om in de toekomst meer bos aan te planten, onderschrijf ik. Onder andere -maar niet alleen- vanwege onze klimaatdoelstellingen acht ik het van groot belang dat het areaal bos in de toekomst weer gaat groeien.”
Hierbij achten wij het zeer noodzakelijk dat aan deze uitspraak van de Minister wordt toegevoegd: “En met name dat het reeds verloren gegane areaal met spoed wordt gecompenseerd en wel allereerst in de natuurgebieden zelf, waar de natuurlijke herplant’ ofwel geen succes opleverde, ofwel minderwaardige opslag oplevert die nauwelijks het oude bos in biodiversiteit en CO2 vang zal evenaren, laat staan dat hier ooit biodiversiteit zal kunnen ontstaan”.
Met name op de zandgronden is dit problematisch.

De Minister: “Ik ben en ga, in de uitwerking van het ontwerp-Klimaatakkoord en bij het ontwikkelen van de bossenstrategie, met andere betrokken partijen aan het werk aan voorstellen die ervoor zorgen dat in de toekomst ook extra bos wordt aangeplant. “

Is reeds bekend hoeveel bos de Minister hier graag ziet aangeplant? En op welke locaties? En bedoelt de Minister hiermee bos dat lange tijd, bijvoorbeeld 100 jaar, meegaat?

De Minister:……“meer bos kapt om meer inkomsten te genereren.”
De Minister is hier onjuist geïnformeerd.
Sinds de EHS, de modieuze visies van natuurbeheerders, waaronder SBB, de biomassa-akkoorden etc. etc. de houthonger hebben geïntensiveerd, is SBB, (en daarbij ook Natuurmonumenten), druk bezig geweest het landschap te veranderen.

Het is bekend dat SBB o.a. vele tonnen per jaar aan biomassa levert aan de warmte centrale in Purmerend: https://www.staatsbosbeheer.nl/zakendoen/inspirerende-voorbeelden/biowarmtecentrale-de-purmer

en dat betreft beslist niet slechts snoei-, tak- en tophout zoals via PR naar het publiek wordt gecommuniceerd: het betreft ook hele bomen vanuit flinke bospercelen, - als het al niet een geheel bos betreft. (Zoals in het Dwingelderveld, Drents Friese Wold, Holtingerveld).

Er wordt gepubliceerd dat het hier gaat om “ruimte creëren, slenken, vlinderpaden, liefdespaden voor nachtzwaluwen” en andere epitheta, zoals:
zichtlijnen creëren, natuurherstel, diversiteit creëren, open plekken maken met kans voor jonge aangroei, Benutten en Beleven, dynamiek verbeteren,achterstallig onderhoud, groot onderhoud, biodiversiteit, verjonging, overlast verminderen, dunnen, historisch heidelandschap herstellen, exoten verwijderen, plekken om te zonnen voor reptielen, het Korhoen moet terug; natuurgebieden weerbaarder te maken tegen de effecten van stikstofuitstoot, opschonen, creëren van bosbouwbos, natuurbos of recreatie bos, infrastructuur verbeteren/ verleggen, creëren van; èn natuurlijk: De Veiligheid!”
Echter onder de streep betekent het in veel gevallen niet anders dan gewoon: kaalkap.
Deze propaganda staat zo vaak in de kranten dat de lezer deze zo langzamerhand ook wel uit zijn hoofd kent. Het resultaat lijkt helaas echter eerder op een oorlogsgebied..



Overwegingen Staatsbosbeheer bij houtkap

De Minister zegt:
Ik heb het verzoek van uw commissie, om in te gaan op de gronden en overwegingen die Staatsbosbeheer hanteert bij het al dan niet overgaan tot houtkap, besproken met Staatsbosbeheer. Hieronder licht ik toe welke afwegingen Staatsbosbeheer hanteert bij het al dan niet kappen van bomen. In aanvulling hierop heeft Staatsbosbeheer op zijn website een dossier bos en hout:https://www.staatsbosbeheer.nl/over-staatsbosbeheer/dossiers/bos-en-hout. Dit dossier wordt, mede op basis van de huidige discussie, regelmatig geactualiseerd. De genoemde Bosvisie van Staatsbosbeheer is hier ook te raadplegen.

De bossen van Staatsbosbeheer bestaan voor grofweg één derde uit de zogenaamde Boscollectie; voor Nederland kenmerkende natuurbossen, belangrijke cultuurhistorische bossen en nog te ontwikkelen grootschalige boslandschappen. In deze bossen is houtkap slechts een middel om natuurdoelen te bereiken…”

Het is verbazend dat “ de natuurdoelen nog steeds moeten worden bereikt”, want de kwalificerende habitats en habitats van kwalificerende vogelsoorten en soorten, waren in 85% van de gebieden gunstig bij opgave aan en aanwijzing door Europa in het Standaard Data formulier 2004 en werden met de implementatie van Natura 2000 in 2006 veranderd op het Aanwijzingsbesluit in ‘ongunstig (90%))

en geen doel op zich’:
Wij betwijfelen dit zeer. Wat echter wel klopt, is dat Nederland een eigen EHS beleid doorvoert -dat sinds 1990 prevaleert- c.q. een beleid dat “natuurontwikkeling” voorstaat. Nergens staat in de Vogelrichtlijn dat een land, als eenmaal een vogelsoort (art 4 lid 1 en/of 2 Vr), kwalificeert omdat dat op Standaardgegevensformulier is aangewezen op grond van IBA -criteria en het gebied waar het dier vertoeft bijvoorbeeld aan coniferen of exotenbos is gebonden, dat dat bos dan mag worden gekapt omdat er een natuurbos of een andersoortig natuurgebied moet gaan komen, integendeel.
Dat staat nadrukkelijk vermeld in artikel 4 lid 4 van de Vogelrichtlijn: de Lidstaten nemen passende maatregelen om vervuiling en verslechtering van de woongebieden van de in leden 1 en 2 bedoelde beschermingszones te voorkomen, alsmede om te voorkomen dat de vogels aldaar worden gestoord, voor zover deze vervuiling of verslechtering en storing -gelet op de doelstelling van dit artikel-, van wezenlijke invloed zijn. Ook buiten deze beschermingszones zetten de Lidstaten zich in om vervuiling en verslechtering van de woongebieden te voorkomen.”

Dit gebeurt helaas dus NERGENS in Nederland. Zie hierover o.m. “Synergie Ecologische Hoofdstructuur en Natura 2000 gebieden”. Wat stuurt het beheer? Werkdoc.nr 54 Wageningen 2007, Broekmeyer e.a. http://edepot.wur.nl/26294 :

Twee derde van het bos bestaat uit multifunctioneel bos; bossen waarin natuur en recreatie worden gecombineerd met houtkap. Waar welke functie in het multifunctioneel bos wordt benut, wordt zorgvuldig afgewogen. Dat betekent dat de verhouding tussen beschermen, beleven en benutten in minder toeristische gebieden anders ligt dan in gebieden waar veel mensen het bos willen beleven en er dus ook een grote druk op de natuur is. Uitgangspunten zijn in alle gevallen behoud en versterking van het bos als ecosysteem en een duurzame handelwijze gericht op een veerkrachtig en toekomstbestendig bos. “

Behoud en versterking van het bos als ecosysteem en een duurzame handelwijze gericht op een veerkrachtig en toekomstbestendig bos” gaan NIET samen met exploitatie van bossen en recreatiedruk!

De Minister:
Er zijn twee redenen waarom Staatsbosbeheer in het algemeen bomen kapt. Ten eerste vinden dunning en verjonging plaats bij het reguliere beheer om bossen in gezonde dynamische staat te houden en de drie doelen van Staatsbosbeheer te behalen: “beschermen, beleven en benutten”.
Ten tweede is er kap ten behoeve van natuurbeheer en -ontwikkeling, veelal om te voldoen aan internationale afspraken rondom biodiversiteit.”

Graag willen wij nogmaals benadrukken:
Er bestaat absoluut geen internationale afspraak om bossen te kappen voor biodiversiteit! 
Dat is de grootste onjuistheid die tegenwoordig te pas en te onpas wordt gedebiteerd. Welke afspraken zouden hieraan ten grondslag liggen?
Integendeel; voor wat betreft bos en biodiversiteit:
Zie o.m. Europese Commissie: Nieuwe Bosstrategie, uit 2013:
Duurzaam bosbeheer is het gebruik van bossen en bosgebieden op een manier en met een intensiteit waarbij deze hun biologische diversiteit, productiviteit, regeneratiecapaciteit en vitaliteit behouden, alsook het vermogen om nu en in de toekomst relevante ecologische, economische en sociale functies op lokaal, nationaal en mondiaal niveau te vervullen, en waarbij geen schade aan andere ecosystemen wordt toegebracht.”(5)

Dunning en verjonging
De Minister: “ Bij het dunnen worden selectief een aantal bomen uit het bos weggehaald. Zo krijgen de bomen die blijven staan meer ruimte en licht om groter en ouder te worden en krijgen jonge bomen meer kans. Dat levert een gevarieerder bos op, zowel in verschillende soorten als in leeftijden”.
Bij verjonging worden kleine open plekken in het bos gecreëerd van maximaal 0,5 tot 1 hectare, zodat er plaats komt voor nieuwe generaties bomen.
Wanneer er veel open plekken zijn (en die bestaan er ook in omvang groter dan 1 ha!), grootschalig wordt gedund en ook omvorming plaatsvindt voor andere natuur, neemt het bos in omvang af. De resultaten van dit ontbosbeheer zijn onthutsend. Ons land heeft op deze wijze een enorm areaal aan bos verloren. Zoals ook wordt aangegeven via de link op pagina 1 en 2. Derhalve blijkt dat er niet is gehandeld volgens de aangegeven wijze en de informatie is tevens nog onvolledig.


.. groter dan 1 ha...
SBB/ Boswachterij  Ruurlo 
Dit gebeurt als er nauwelijks nog bijgroei is, of het bos niet meer vitaal is. Op deze plekken groeit er dus nieuw bos voor in de plaats. Elke groeiplaats en elke bosontwikkelingsfase trekt bepaalde soorten.
Door open plekken te creëren kan aan zoveel mogelijk soorten ruimte worden geboden en blijft een ecosysteem goed functioneren. In beginsel richt Staatsbosbeheer haar beheer op het goed functioneren van ecosystemen en dus het beschermen van de natuur. Staatsbosbeheer houdt bij werkzaamheden in het bos rekening met bomen en plekken waar individuele dieren broeden of wonen”.

De praktijk is echt wezenlijk anders. De aannemer werkt met grote zware machines; waardoor de bosbodem ook ernstig wordt ingeklonken.
De open plekken zijn inmiddels zo talrijk, dat aan bos gebonden soorten als Zwarte Specht, Wespendief, uilensoorten e.d. te lijden hebben onder predatie van de havik of eenvoudig zijn uitgestorven. Ook de uitroeiing van naaldbossen(6) is hun dood. Zie: https://www.trouw.nl/duurzaamheid-natuur/bosbeheer-speelt-zwarte-specht-parten~bef3309b/

Er wordt geen rekening gehouden met bomen en plaatsen waar individuele dieren broeden, zoals de ervaring met regelmaat leert, want het wil helaas maar niet doordringen tot de beheerders dat een enkele boom met nest, alleen in de kaalgekapte vlakte en zonder omringende bescherming, kansloos is. Het is soms ridicuul om te zien: complete kaalkap, en dan heeft de aannemer, een scheve boom laten staan waar een lintje om is gegespt. (Aannemer wordt overigens ook nauwelijks gecontroleerd).
(Om over de lijnvormige elementen in het landschap, waarlangs strikt te beschermen vleermuizen ex art. 16 Hr hun weg volgen, en die moeten verdwijnen omdat het “lanen met Amerikaanse eik zijn die hier niet horen”, maar te zwijgen..)

Het tweede doel: “Beleven”, is gebaat bij diverse begroeiing, waar grote en kleine bomen elkaar afwisselen.
Het derde doel,: “Benutten”, heeft baat bij het dunnen en verjongen, omdat er zo gezonde, grote bomen kunnen ontstaan met een hoogwaardige toepassing wanneer zij richting het einde van hun levensduur gaan.
Bij het benutten gaat Staatsbosbeheer zorgvuldig om met bijvoorbeeld horstbomen, holenbomen, mierenhopen en dassenburchten. Dat is ook vastgelegd in de Gedragscode Bosbeheer. Zulke kwetsbare plekken worden vooraf in kaart gebracht en gemarkeerd. Extra zorg wordt gedragen voor kwetsbare en zeldzame soorten”.

De Gedragscode blijkt naar onze ervaring in de praktijk helaas niet zelden meer een ontduiking van de verplichtingen van de Vogelrichtlijn art. 1 t/m 9 en art. 6 lid 2 en 12-16 Habitatrichtlijn, en degene die hier op moet toezien is de natuurbeheerder zelf: de slager keurt hier dus zijn eigen vlees..
Wat hier m.b.t. “Benutten” wordt benoemd is derhalve niet correct en accordeert niet met de werkelijkheid.

Natuurbeheer
In Nederland staat de biodiversiteit onder druk. Als natuurbeheerder heeft Staatsbosbeheer een grote opgave om ervoor te zorgen dat de soortenrijkdom weer toeneemt. Dit is ook vastgelegd in internationale afspraken waar de Nederlandse overheid zich aan heeft gecommitteerd via Natura 2000 en PAS-maatregelen”.

De Minister blijkt hier nog niet op de hoogte gebracht van het feit dat de soortenrijkdom juist afneemt: Zie bijvoorbeeld eerdergenoemde Rob Bijlsma (de Vogelman) en tevens van de Mycologische vereniging.
PAS is gebruikt als het rookgordijn om te kunnen kappen. Dat is GEEN internationale verplichting maar betreft in Nederland door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRVS) afgekeurd beleid: https://tinyurl.com/y43a2tjm
Want hoe kan stikstofgevoelige natuur worden teruggehaald als de stikstof alleen maar méér wordt omdat er bomen en bos worden gekapt?

Staatsbosbeheer draagt bij aan het behoud van deze soorten, omdat toename van biodiversiteit een belangrijk doel is van het natuurbeheer in Nederland. Dat betekent dat Staatsbosbeheer leefgebieden moet beschermen en soms uitbreiden. “
De vraag is welke leefgebieden dit betreft? En of uitbreiding werkelijk de panacee is voor alle kwalen! Juist gefragmenteerde habitats hebben een hogere biodiversiteit dan aaneengesloten grotere gebieden.(7)





De Minister: “Bijvoorbeeld voor kwetsbare soorten die afhankelijk zijn van open terrein als heide en stuifduin en niet kunnen overleven in bos. Denk aan de nachtzwaluw, veldleeuwerik, tapuit en de zandhagedis.”

Het is algemeen bekend dat de theorie van de natuurontwikkeling alleen -tijdelijk- opgaat voor vegetatie. Echter externe factoren waarop geen grip bestaat, spelen een cruciale rol bij het mogelijk terugkeren van soorten. Zo ook wensdieren als korhoen en tapuit. Voor de tapuit gelden o.m. de volgende belemmeringen: Heide en stuifzand raken snel begroeid door mossen of vergrassing. Belangrijke leverancier van holen voor nestruimte, het konijn, is zeer sterk in aantal afgenomen. Dus er zijn weinig holen. Mocht een tapuit toch nog willen te gaan broeden, dan is de kans groot dat vossen of andere predatoren als marters en eksters, het nest leeghalen. Nestbescherming met gaas biedt goede overlevingskans voor de opgroeiende jongen.
Maar dergelijke acties uit te voeren in het hele land is natuurlijk onmogelijk. En is overigens ook geen voorschrift voor de “biodiversiteit”
De indruk dringt zich op dat de nachtzwaluw en de tapuit als reden worden aangewend om kaalkap te plegen voor wensnatuur: nachtzwaluw en tapuit zouden zich dus op resp. kapvlaktes en zand vestigen. Echter, waarom nu net deze soort en niet bijvoorbeeld een andere soort uit de Rode Lijst? De Rode Lijst is nog helemaal geen Vogelrichtlijn:
De VHR beogen en verplichten in eerste instantie behoud van de op het moment van aanwijzing van de gebieden aanwezige soorten en hun habitat. Dat is elk land verplicht op grond van artikel 4 lid 1 t/m4 Vr en de habitat van een op grond van IBA –criteria aangewezen soort dient strikt te worden beschermd, net zo goed als heide en hoogvenen tegen stikstof!!
Het Hof heeft ook gezegd: heb je een soort aangewezen dan ben je verplicht diens habitat te beschermen en te behouden en dan mag er niets aan worden veranderd..”(8)

Alleen in de duinen en het Drents Friese Wold is nog sprake van aanwezigheid van de tapuit, maar ecologen die niet betrokken zijn, zijn het eens dat deze soort een wenssoort is die in Nederland geen geschikt habitat heeft, dus zijn aantal neemt af. Dat maakt het “dweilen met de kraan open”.
Idem betr. de veldleeuwerik, en als al die gekapte bossen nachtzwaluwen zouden voortbrengen, zouden het nu plaagdieren geworden zijn.
Toch is deze onwaarheid onweersproken volgehouden door SBB.

En wij willen onderstrepen: bossen kappen voor tapuit en nachtzwaluw is geen Europese Natura 2000 opgave! Het is Nederlands beleid.
Integendeel, ten gevolge van die kap en ‘natuurherstel’ voor deze doelsoorten in schrale natuur verdwijnt juist de habitats van talloze bosvogels en kwalificerende vogelrichtlijnsoorten, dus ook Rode Lijst soorten, vleermuizen etc. Vogelrichtlijn. Juist DAARDOOR verdwijnt de biodiversiteit. Want het bos zelf is een grote bron van biodiversiteit. Talloze diersoorten en organismen worden door deze werkwijze vernietigd.
Ook wordt opzettelijk weggelaten dat de stikstofproblematiek mede wordt veroorzaakt door de natuurdoeltypen die alle voedselarm zijn. En tevens niet zijn voorgeschreven door Europa.
In een dichtbevolkt land met toenemend verkeer EN gebruik van biomassa is de depositie onvermijdelijk hoog. De Landbouw speelt een veel bescheidener rol als leverancier. In plaats van de natuur te volgen en die soorten en habitats die het goed doen bij stikstof te laten gedijen, zoals bossen en weiden en de vogels die daarin huizen, wordt hier al tientallen jaren geprobeerd een brand gaande te houden op zee.

De Minister: “Om hier ruimte voor te maken kapt Staatsbosbeheer soms bomen om plaats te maken voor open leefgebieden voor deze soorten. Dit doet Staatsbosbeheer op plekken waar dat het meeste effect heeft; de beste natuur op de beste plek”

Dat “soms bomen kappen om plaats te maken voor……….” : Plaats maken voor deze soorten is niet des richtlijns maar nationaal beleid dat de stokpaardjes van ecologen en de natuurlobby steunt. Deze worden niet tegengehouden door Provinciale en zeer waarschijnlijk ook niet door landelijke ambtenaren die deelnemen aan de Beheer- en Inrichtingsplannen en daardoor tevens meewerken aan de ontbossing. Daarbij geholpen door de perverse prikkels van subsidie. Helaas kan hiermee geen sprake zijn van “de beste natuur op de beste plek”.

De Minister: “Ik wil hierbij benadrukken dat Staatsbosbeheer deze maatregelen niet op eigen initiatief uitvoert, maar onder beleidsmatige regie en verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, meestal de provincies.”

Zie rapport WUR: Ervaringen met Burgerparticipatie bij Staatsbosbeheer: pag. 43: (http://edepot.wur.nl/412001):
In de praktijk is het echter vaak Staatsbosbeheer die projecten initieert.
Niet altijd formeel, dan toch zeker informeel”.
Een voorbeeld hiervan: Een aantal leden van een natuurorganisatie is aanwezig bij een vergadering van het Overlegorgaan Dwingelderveld, waar door de Grontmij werd voorgesteld om de heide-ontwikkeling in een gedeelte ervan geleidelijk te laten plaatsvinden. Bijv. gedurende een periode van 20 jaar, zodat de bestaande soorten en habitats en bestaande bomen er aan konden wennen dat het waterpeil langzaam omhoog kwam op sommige plekken etc.
Staatsbosbeheer protesteerde en zei: “Niks ervan, ‘we’ gaan voor nat”. (9). Ook is afgesproken dat de maatregelen zonder passende beoordeling zouden plaatsvinden en zelfs zonder MER”. En zo ontstond het circus van ontgronden, vernatten, “waar laten we de grond”? - aan de A28; ten koste van het oudste bos in het Dwingelderveld, waarvoor 9 broedplaatsen van de kwalificerende Zwarte Specht voor moesten wijken!
Dat was evident rechtstreeks in strijd met artikel 6 lid 2 Habitatrichtlijn, want het SBZ gebied was nog niet in nationale wetgeving aangewezen.
Kosten: 25 miljoen. Overbodig te zeggen dat met de gedeponeerde fosfaatrijke grond langs de A28 gevaar dreigt voor verzakking; èn dat dit stagnering veroorzaakt van het diepe grondwater dat vanuit het Drents Plateau af stroomt.

De Minister: “Zoals eerder in deze brief gememoreerd, hoeft, op grond van de Wet Natuurbescherming, bos dat wordt omgevormd naar andere natuur op basis van een Natura 2000-doelstelling, niet te worden herbeplant”.

Op dit aantoonbaar oneigenlijk omgaan met Natura 2000 is in deze brief al eerder ingegaan, daarbij is de Wet Natuurbescherming regelrecht in strijd met de internationale doelstellingen en met de VHR. (10).

De Minister: Toch vindt Staatsbosbeheer het belangrijk dat waar mogelijk ook in deze gevallen elders nieuw bos wordt aangeplant. Mede daarom gaat Staatsbosbeheer zelf 5.000 hectare nieuw bos aanplanten op haar eigen terreinen”.

Er is echter sinds 2013 alleen al 8000 hectare verdwenen.
Volgens Willemijn van Iersel 30.000 ha. (Nederlands Bosareaal krimpt, Boomzorg: https://www.boomzorg.nl/article/28959/nederlands-bosareaal-krimpt-ondanks-afspraken-klimaatakkoord …..)
Vanaf 2000: zie link in onze brief op pagina 1 en 2

Heel veel bomen planten kan op de lange duur helpen om de toename van CO2 in de atmosfeer te verminderen, maar zal vooralsnog echter geen bijdrage kunnen leveren aan de verlaging van het absolute gehalte aan CO2 in de atmosfeer. Het huidige bossenbeleid voorkomt nuttige verjongingen voor betere groei van bossen waarmee CO2 kan worden onttrokken aan de atmosfeer en vervolgens ook beter kan worden vastgehouden. Meer bos is nodig, zeer zeker, maar ook een ander beheer.

BIOMASSA
De Minister:Graag ga ik ook in op de rol van biomassa, ook omdat hierover veel vragen leven. “Staatsbosbeheer kapt geen bomen met biomassacentrales als beoogd eindstation”.
De biomassa die gebruikt wordt voor energieopwekking is een bijproduct van het bosbeheer en geen doel op zich. Het hout van de bomen die Staatsbosbeheer kapt, wordt zo hoogwaardig mogelijk toegepast, zoals voor meubels en in de bouw. Delen die hiervoor niet bruikbaar zijn, zoals de kroon en takken, laat Staatsbosbeheer gedeeltelijk liggen als voeding voor het bodemleven en wordt gedeeltelijk aangeleverd als biomassa voor groene energie.
Staatsbosbeheer levert alleen tak- en tophout aan warmtekrachtcentrales die honderd procent op biomassa draaien. Staatsbosbeheer levert geen biomassa als bijstook in kolencentrales”.

Helaas kapt SBB wel degelijk gezonde bomen voor de biomassa verbranding, getuige de kaalgekapte percelen in door SBB beheerde bossen in ons land met de enorme bergen versnipperd hout daarvan in de directe omgeving.
Zoals eerder genoemd heeft SBB een leveringscontract met de bio warmte centrale “De Purmer” in Purmerend, voor 100.000 ton houtsnippers per jaar. https://www.staatsbosbeheer.nl/zakendoen/inspirerende-voorbeelden/biowarmtecentrale-de-purmer
De Purmer” is slechts één van de partners van SBB.
Wanneer SBB werkelijk “alleen snippers van snoei-, tak- en tophout en reststromen” aan al deze centrales zou leveren, zouden deze al snel stilgelegd moeten worden wegens gebrek aan brandstof; er gaan immers al vele tonnen per week in de verbrandingsovens en zulke enorme hoeveelheden zijn niet mogelijk zonder ook boomstammen hieraan toe te voegen.
Bovendien worden nog steeds verbrandingscentrales bijgebouwd.



Deze kaart is alweer van enige tijd geleden; en daarop is al een enorm aantal centrales in ons land vermeld: https://www.avih.nl/biomassakaart/
(Waarbij inmiddels genoegzaam bekend is dat houtige biomassa bovendien 15% vervuilender is dan steenkool en 95% meer dan gas. Zie: 
Air pollution from biomass energy: https://tinyurl.com/yxj2uvsb.).
Trouw: https://www.trouw.nl/duurzaamheid-natuur/waarom-biomassa-een-grotere-klimaatkiller-is-dan-steenkool~b8d089d1/

Ten slotte wil de Minister benadrukken dat de bossen van Staatsbosbeheer zijn gecertificeerd door de Forest Stewardship Council (FSC-keurmerk). Periodiek wordt getoetst of Staatsbosbeheer nog aan de regels van het FSC-keurmerk voldoet.

FSC is echter geen garantie voor duurzaam bosbeheer EN het is geen enkele garantie voor behoud van het bos. Zie ook: https://fsc-watch.com/tag/arte-documentary/
De European Academies Science Advisory Council (EASAC) zegt over FSC: Ten eerste is het bezwaar hiervan dat ieder land het mag moduleren naar zijn eigen wetten, dus er is geen Internationale garantie op behoud biodiversiteit”.
Some countries apply specific forest certification schemes (FSC, PEFC) to improve biodiversity conservation in production forests. However, such measures, while avoiding complete loss of features important for biodiversity, can only moderate the harmful impacts of forestry on biodiversity and not enhance biodiversity. Certification is not therefore sufficient to significantly improve the conservation status in managed forests.”
FSC staat zelfs gebruik van Roundup en glyfosaat toe en handelt daarmee in strijd met de eigen principes: https://t.co/oKu5F7MCmP
Daarbij wordt door SBB tevens herhaaldelijk vermeld dat zij werken volgens een strenge Gedragscode. Helaas hebben wij een aantal ervaringen die dat zeker niet onderschrijven. Er wordt bij kap niet zelden onvoldoende rekening gehouden met de Flora en Fauna; nesten en horsten van beschermde vogels, en ook van boommarter of eekhoorn en dassenburchten worden ondanks waarschuwingen genegeerd, met de schadelijke gevolgen van dien.
Het punt is hier tevens dat kap ook wordt uitbesteed en niet of nauwelijks gecontroleerd en dat bovendien SBB zichzelf mag controleren; een zeer ongewenste situatie.
Wij hopen van harte dat wij u met het voorgaande hebben kunnen overtuigen van het feit dat wij weten waar wij het over hebben. En wij hopen dat u ons met onze onderbouwingen en kennis een plaats aan uw tafel voor Bossenstrategie vergunt.

Bomenstichting Achterhoek, Marjan Houpt bomenachterhoek@gmail.com
Stichting De Woudreus, Mieke Vodegel, (juriste, gespecialiseerd in N2000) info@woudreus.nl
Stichting tot Behoud van het Schoorlse en Kennemer Duingebied, Joke Volkers 

12 augustus 2019


1 Aan de instandhouding van het bestaande natuurlijk erfgoed dient namelijk de voorkeur worden gegeven boven compenserende maatregelen omdat het succes daarvan zelden met zekerheid kan worden voorspeld, pt 35 Cie Ptgal, zie ook HvJ EU 15 mei 2014 (Briels),C-521-12,en HvJEU

3 Zie hiervoor o.a. Conclusie Advocaat Generaal Kokott in zaak C-239/04 overweging 31:Ingevolge artikel 6 lid 3, tweede volzin, is voor het verlenen van toestemming van een project niet voldoende om achteraf te bewijzen dat een project geen schadelijke gevolgen heeft gehad. Juist VOOR de toestemming voor het project moet wetenschappelijk gezien redelijkerwijs elke twijfel worden uitgesloten dat de natuurlijke kenmerken van het gebied niet worden aangetast, zie ook arrest Waddenzee, pt 59.

4 Zie O.a. HvJEU 14 januari 2016, C—399-14 (Grüne Liga Sachsen) waarin wordt verwezen naar de arresten Commissie/Frankrijk, C‐241/08, EU:C:2010:114, punt 69; Commissie/Spanje, C‐404/09, EU:C:2011:768, punt 99, en Nomarchiaki Aftodioikisi Aitoloakarnanias e.a., C‐43/10, EU:C:2012:560, punten 112 en 113, Briels e.a., C‐521/12, EU:C:2014:330, punt 27 .
5 Ministeriële conferentie voor de bescherming van het bos in Europa, Helsinki, 1993.

6 het is ook het einde voor de Goudhaan, Zomertortel, Buizerd, Sperwer, Groenling, Boomklever, Zwarte mees, Kuifmees, Ransuil.Appelvink, Goudvink

7 Schippers P, Hemerik L, Baveco JM, Verboom J (2015) Rapid Diversity Loss of Competing Animal Species in Well-Connected Landscapes. PLoS ONE 10(7): e0132383. pmid:26218682

8 zaak C-57/89, r.o.20,21, C-44/95, (LappelBank), C-96/98(Cie-Frankrijk) en C-374/98,Cie Frankrijk2000,, C-418/04( Cie-)Ierland,2007

9 Kuindersma e.a.: Sturen op niveau. Perversies tussen nationaal natuurbeleid en besluitvorming op gebiedsniveau ; Wot 52, april 2007, casus Dwingelderveld p.61 t/m73

10 C-441/03,Cie-Nederland